03/07/2018
Geestelijke gezondheidszorg

Beleid voeren vergt moed om keuzes te maken

3 juli 2018

DR. SOFIE CROMMEN, VOORZITTER VVK

BELEID VOEREN VERGT MOED OM KEUZES TE MAKEN

Onder impuls van haar voorzitter dr. Sofie Crommen ontwikkelt de Vlaamse Vereniging voor Kinder- en Jeugdpsychiatrie (VVK) zich de jongste jaren van een puur wetenschappelijke vereniging naar een verdediger van de beroepsbelangen én de patiëntenbelangen. “Er staan dan ook veel thema’s op de agenda en zo vlot loopt het allemaal niet. Er is echt nog veel werk aan de winkel.”

Dr. Sofie Crommen houdt met drie collega’s een Praktijk voor Kinderpsychiatrie in Zutendaal. Als voorzitter van de VVK krijgt ze sinds een vijftal jaar ook wat tijd om de belangen van de leden te verdedigen. “In oorsprong organiseerde de VVK vooral congressen en lezingen. Maar steeds vaker doen de overheden een beroep op ons voor advies. Als je dat goed wilt doen, dan moet iemand zich daarop kunnen toeleggen”, zegt dr. Crommen.

“De overheid is volop aan het reorganiseren en daar worden we als kinderpsychiaters volop in meegesleurd. Aan de andere kant hebben we ook eigen agendapunten. Het vergt energie om alle evoluties op te volgen: For-K, de mobiele teams, vrijheidsbeperkende maatregelen, de netwerken … Globaal zijn we vandaag helemaal niet tevreden over de dienstverlening aan kinderen en jongeren. Er zijn wachtlijsten voor ambulante raadplegingen, er is een tekort aan bedden in K-diensten en plekken in MFC’s (Multifuctionele Centra) … Ja, er worden stapjes gezet, maar bv. de installatie van een crisismeldpunt is geen capaciteitsuitbreiding. Wie dringend hulp nodig heeft, kan nog altijd te weinig terecht.”

“Op een plek in een MFC bijvoorbeeld, moeten veel kinderen twee tot drie jaar wachten, zelfs met een prioritair dossier. In afwachting blijven ze noodgedwongen thuis, maar daar tuimelen de kinderen en hun ouders vaak van de ene crisis in de andere, waardoor ze soms verschillende crisisopnames in een K-dienst nodig hebben… Een gerichte capaciteitsuitbreiding is gewoon noodzakelijk, punt!”

Sofie Crommen

MOEDELOOS?

Naar aanleiding van het snoeien door minister De Block in de dagpsychiatrie voor jongeren schreef dr. Crommen samen met haar collega’s Chris Bervoets en Hilde Van Hauthem in juli 2017 een opiniebijdrage in De Standaard: De geestelijke gezondheidszorg komt al jaren materiaal en personeel tekort. Je zou er moedeloos van worden. Heerst dat gevoel van moedeloosheid in de sector?
“Het overheerst niet, maar het is wel aanwezig. Als je kinderen en jongeren in nood geen oplossing kan aanbieden, dan wringt dat. We moeten het vaak stellen met ‘tussenoplossingen’ die verre van ideaal zijn, in afwachting van beter. Maar we geven de moed niet op. Dat mogen we niet. Het is al erg genoeg dat onze patiënten en hun ouders er moedeloos van worden. Het was dan ook zeer ongelukkig van minister De Block om net op de dagbehandeling van kinderen en jongeren nog eens extra te besparen.”

“De versnippering in het beleid over het federale en het Vlaamse niveau doet geen goed. Continu hebben we het gevoel dat het ene niveau wacht op het andere of de hete aardappel naar de ander doorschuift. Het gevoel dat er niemand globaal verantwoordelijkheid opneemt voor de geestelijke gezondheidszorg van kinderen en jongeren. Het ergste is dat de kwetsbare kinderen en jongeren daarvan het grootste slachtoffer zijn. Die wachtlijsten, dat is echt een kwestie van goede wil om er voldoende middelen in te steken.”

“Dat kinderpsychiatrie en somatische geneeskunde beleidsmatig bij elkaar horen, staat als een paal boven water. Hier en daar worden er ballonnetjes opgelaten om dat beleidsmatig te scheiden. Dan zou bv. kinderpsychiatrie onder de Vlaamse overheid vallen en kindergeneeskunde federaal blijven. Terwijl iedereen toch zou moeten beseffen dat het ene heel nauw samenhangt met het andere! Dat is volstrekt onaanvaardbaar.”

“Kennis over kinderpsychiatrie zou tot het curriculum van de lerarenopleiding moeten horen, vanaf het eerste jaar.
Leerkrachten begrijpen vandaag 10% van hun leerlingen niet.”

Bestaat er voldoende maatschappelijk draagvlak voor meer investeringen in de kinder- en jeugdpsychiatrie?
“Daar is ook nog werk aan de winkel. Maar er beweegt iets, dankzij Te Gek?! en de Rode Neuzen. Maar ook zonder draagvlak moet er iets gebeuren. Beleid voeren vergt moed om keuzes te maken. Iedereen vindt het heel normaal dat een jongere met een ernstig hartprobleem snel wordt onderzocht en behandeld. Kom je als jongere met een acuut psychiatrisch probleem op de spoeddienst, dan word je vaak even later terug naar huis gestuurd zonder goede oplossing. We kunnen wel wat bricoleren in de marge, maar dat is te weinig.”

VEILIGHEID

Een ander thema dat geregeld de media haalt, is het stijgend gebruik van medicatie tegen depressie en psychose bij jongeren. ‘Het aantal jongeren met een depressie, dat is verontwaardigend. Niet dat een deel van hen antidepressiva gebruikt’, citeerde Het Laatste Nieuws dr. Crommen op 5 december 2017.
“We moeten verantwoord met medicatie omgaan en het klopt dat het gebruik meer stijgt dan de incidentie van depressie of psychose stijgt. Dat komt ook omdat we stilaan in onze maatschappij anders beginnen te kijken naar kinderen die disfunctioneren. Vroeger noemden we zo’n kind lui, dom, stout of onopgevoed. Nu weten we dat er vaak iets anders aan de hand is. Ouders en leerkrachten kijken gelukkig al meer achter dat gedrag. Dat is op zich heel goed. Tegenstanders hebben het weleens over de ‘medicalisering van depressie’, maar daarmee ben ik het niet eens. In de behandeling van een depressie mag medicatie nooit op de eerste plaats komen. Praten en psychotherapie staan voorop. Maar bij een ernstige depressie is ook medicatie aangewezen. Daarover bestaat wetenschappelijke evidentie. Medicatie werkt. Ook bij kinderen.”

Naast de thema’s die de overheid op de agenda zet, heeft ook de VVK haar vragenlijstje. Daarop staat onder meer een high security unit voor jongeren. Dr. Crommen: “Je kan niet alle jongeren helpen in een open omgeving. Voor volwassenen bestaat een vrij groot aanbod als de veiligheid in het gedrang komt, tot en met internering. Voor kinderen en jongeren die psychische zorg én een goede beveiliging vereisen, zijn er minder mogelijkheden. Een high security unit is dringend nodig.”

Voorts pleit de VVK voor een betere verloning van de kinder- en jeugdpsychiaters. “De overheid werkt graag met projecten, maar een ziekenhuis dat in een project stapt, scheurt daar bijna altijd zijn broek aan. Op lange termijn projectmatig werken staat gelijk aan een structurele onder­financiering, zoals For-K, outreaching … Wij vragen een correcte structurele financiering voor alle medewerkers in de psychiatrie, ook de artsen.”

Persoonlijk ijvert dr. Sofie Crommen ten slotte ook voor aandacht voor kinder- en jeugdpsychiatrie in het onderwijs. “Mijn standpunt is dat een zekere basiskennis over kinder- en jeugdpsychiatrie tot het curriculum van de lerarenopleiding zou moeten horen, vanaf het eerste jaar. De meeste kinderen met psychische problemen zitten immers gewoon op de schoolbanken. Iedere leerkracht heeft die leerlingen in zijn klas! Leerkrachten ‘begrijpen’ vandaag 10% van hun leerlingen onvoldoende en ze weten nog minder hoe ze met hen moeten omgaan. Er is meer kennis nodig. Mentale gezondheid moet in de eindtermen van de lerarenopleiding staan. Leerkracht is een complexe job. Maar zonder die basiskennis is het nog veel moeilijker, omdat leraars niet weten hoe ze met die kinderen en jongeren moeten omgaan en situaties dan vaak escaleren.”

 

TEKST: FILIP DECRUYNAERE • BEELD: JAN LOCUS

Reactie toevoegen

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.